Het Opening statement
50 jaar na dato spreken de bomen zich uit
Het is 30 maart 1972. De Floriade in het Amstelpark, met ruim 6000 bomen, wordt geopend door koningin Juliana. Ruim 5 miljoen bezoekers lopen langs de ca. 300 aangeplante boomsoorten van over de hele wereld. Twee weken eerder is het Rapport van Rome, Limits to Growth ( een alarmerend rapport over de geologische kracht van de westerse samenleving ) gepresenteerd, en later in dat jaar publiceert jurist Christopher D. Stone het boek Should Trees Have Standing, waarin hij voor het eerst pleit voor Rechten-voor-de-natuur.
Het is 16 oktober 2022. In het Parlement van de Bomen nemen onder begeleiding van de griffier vijftig mensen plaats, voor elke jaarring van de bomen die hen omringen, een menselijke evenknie. Daarna volgen de advocaten van de bomen Jan van de Venis en Jessica den Outer, die hun juridische pleidooi namens de bomen hebben voorbereid, dichter Gershwin Bonevacia, muzikant Thijs van Vuure, danser Kenzo Kusuda en een middelbaar scholier, zij zullen de bomen representeren en hebben elk een artistiek pleidooi voorbereid. Gevolgd door de verweerder, die optreedt namens de vier aangeklaagden lokale partijen en boombioloog Prof. Ute Sass Klaassen die als deskundige zal optreden.
Terwijl de bomen hun vijftigste jaarring aan het afronden zijn, bladeren al lang zijn afgevallen vanwege de aanhoudende droogte die zomer, sapstromen tot stilstand zijn gekomen en wortels langzaam de vorm van het asfalt hebben veranderd, vindt hier, in het Amstelpark een speculatieve rechtszaak plaats, de eerste in zijn soort in Nederland. De eerste waarin de bomen rechten verkrijgen en degenen die hun rechten schenden ter verantwoording roepen.
De griffier geeft een seintje en de aanwezigen gaan staan. De meervoudige kamer; een drietal rechters onder leiding van Marianne Thieme neemt plaats.
Gedurende deze rechtszaak vliegt er elke 2 min. een vliegtuig over het Amstelpark om o.a. bezoekers naar die andere Floriade in Almere te brengen, rijden er ruim 12.000 auto’s op fossiele brandstof over de A10 vlak langs het Amstelpark en bevatten de regendruppels die langs een van de aanwezigen zilveresdoornen glijden, de hoogst gemeten concentraties stikstof ooit.
Het is 22 april 2072. In de namiddag loopt de middelbaar scholier die vijftig jaar eerder de bomen van het Amstelpark representeerde tijdens een speculatieve rechtszaak, glimlachend de tijdelijke rechtbank in het Amstelpark uit. Ze werd gehoord als een van de gemachtigde voogden namens de bomen van het Amstelpark. De rechtszaak, behandeld door de Hoge Raad werd aangespannen en verloren door vier grote lokale partijen; een luchthaven, een waterbedrijf, een uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Infrastructuur en een financieel conglomeraat die de rechten van deze bomen, wederom probeerden te schenden.
Bij een zilveresdoorn, die een halve eeuw geleden getuige was, heeft ze afgesproken met haar kleinzoon, die op zijn beurt als scholier meewerkte aan het Internationale Verdrag voor de Rechten van de Natuur. Samen zitten ze bij de boom die er in volle glorie bijstaat en begonnen is aan zijn honderdste jaarring waarin de schone lucht, de stilte en het zuivere regenwater af te lezen zullen zijn.
Deze tekst is geschreven naar aanleiding van de opening op 4 september 2022 van het project Het Amstelpark - de bomen vertellen hun verhaal in de Organgerie van het Amstelpark en tot stand gekomen in samenspraak met milieujuristen Jan van de Venis en Jessica den Outer en dramaturg Marieke Nooren.